Als u boventallig wordt verklaard kan dit verschillende uitwerkingen hebben. U kunt recht hebben op een andere functie bij dezelfde werkgever. U kunt ontslagen worden met een ontslagvergoeding of met professionele begeleiding naar een nieuwe baan. Soms krijgt u de keuze tussen deze twee mogelijkheden. De regelingen waar u recht op heeft staan in het sociaal plan. Bij lange dienstverbanden is het ontvangen van een ontslagvergoeding vaak de “voordeligste” keuze. U ontvangt een hoog bedrag van uw werkgever.
In veel gevallen ontvangt u een ontslagvergoeding wanneer u boventallig bent en onvrijwillig uw baan verliest. Een ontslagvergoeding is bedoeld om het verlies aan toekomstige inkomsten op te vangen. De wet bepaalt dat u bij ontslag via UWV en kantonrechter de transitievergoeding meekrijgt. In een sociaal plan kunnen betere afspraken worden gemaakt over de ontslagvergoeding. Dat is vaak de kantonrechtersformule. De ontslagvergoeding is dus een transitievergoeding of een kantonrechtersformule.
De transitievergoeding wordt berekend door per dienstjaar 1/3 maandinkomen te hanteren. Als u bijvoorbeeld 9 jaar heeft gewerkt, bedraagt uw transitievergoeding: 9 * 1/3 = 3 maandsalarissen
Stel uw salaris is 3.000 per maand, dan bedraagt uw transitievergoeding 9.000. Dit is een bruto bedrag, u moet hierover belasting betalen.
De kantonrechtersformule bestaat uit drie onderdelen: A, B en C. Door deze drie onderdelen met elkaar te vermenigvuldigen berekent u de hoogte van de ontslagvergoeding.
A = Aantal gewogen dienstjaren
B = Bruto beloning / maandinkomen
C = Correctiefactor
A staat voor het aantal gewogen dienstjaren. Hierbij tellen dienstjaren onder de 35 als een half dienstjaar, dienstjaren tussen 35 en de 45 als een enkel dienstjaar, dienstjaren tussen de 45 en 55 als anderhalf dienstjaar en dienstjaren boven 55-jarige leeftijd als 2 dienstjaren.
Factor B is de bruto maandelijkse beloning. Deze beloning bestaat uit het vaste bruto maandsalaris, 13de maand, structureel overwerk, vakantiegeld, structurele winstdelingen en vaste ploegentoeslagen. Factoren die niet aan de B toebehoren zijn werkgeversdeel pensioenpremie, premie zorgverzekeringen, auto van de zaak, onkostenvergoedingen, tantièmes en niet-structurele winstdelingen.
De correctiefactor wordt als basis gesteld op 1. Bij een individueel ontslag houdt dit in dat er geen verwijtbaarheid is van de werkgever, maar dat het ontslag wel in de risicosfeer van de werkgever valt. Dit heet een neutrale of kleurloze ontbinding. Als het ontslag volledig te wijten is aan de werknemer, is factor C gelijk aan 0, en is ook de ontslagvergoeding nihil. Als er sprake is van verwijtbaarheid, dan wordt de ernst via de correctiefactor tot uitdrukking gebracht. In de praktijk zal C maximaal 2 zijn, waarbij de werkgever ernstig verwijtbaar is aan het ontslag. Een correctiefactor hoger dan 2 is zeldzaam. Bij een collectief ontslag geldt ook vaak een correctiefactor van 1. De correctiefactor is afhankelijk van de financiële draagkracht van de werkgever. Staat de werkgever er financieel slecht voor, dan zal de correctiefactor lager dan 1 zijn. Is de werkgever een welvarend bedrijf, dan kan de correctiefactor hoger dan 1 zijn.
In plaats van een eenmalige vergoeding kan een werkgever ook suppletie toekennen. Een suppletieregeling is een systeem waarin u tijdelijk geld ontvangt om lagere inkomsten aan te vullen. Na het ontslag ontvangt u bijvoorbeeld een WW-uitkering (70% van laatstverdiende salaris) of een lager loon bij een nieuwe werkgever. De oud-werkgever vult uw salaris of WW-uitkering aan gedurende een bepaalde periode, bijvoorbeeld gedurende de WW-periode. Er wordt vaak aangevuld tot het oude salarisniveau.
In veel gevallen zal een werkgever u bij boventalligheid hulp aanbieden voor het vinden van een nieuwe passende functie. Deze functie kan zowel intern als extern zijn. Elke werkgever zal zoveel mogelijk proberen om boventallige werknemers bij dezelfde werkgever te plaatsen. Dit bespaart de werkgever de kosten van ontslag, bijvoorbeeld een ontslagvergoeding. Daarom krijgt een boventallige werknemer vaak een werk naar werk regeling aangeboden van de werkgever. De hulp die de werkgever aanbiedt kan uitgevoerd worden door medewerkers van het bedrijf zelf, maar ook via hulp van buitenaf. De werkgever schakelt een outplacement bureau in. De werkgever neemt de kosten voor haar rekening. De werkgever geeft ook aan hoe lang hulp geboden zal worden. Dit wordt de bemiddelingstermijn of zoekperiode genoemd. De duur van deze periode ligt tussen de 3 en 24 maanden. Tijdens de zoekperiode wordt het salaris doorbetaald.
Als u boventallig bent en de werkgever biedt een passende functie aan, dan moet u deze accepteren. Vaak wordt in een sociaal plan bepaald wat een passende functie in uw geval is. Een passende functie is een functie die volgens de werkgever wat betreft inhoud, benodigde kennis en vaardigheden en plaats in de organisatie verwant is aan de eerder vervulde functie. Ook kunnen reistijd en salarisschaal bepalend zijn of een functie passend is.
Een geschikte functie is een functie die niet als passend wordt geclassificeerd, maar die u kunt accepteren omdat u behoud van een baan belangrijk vindt en er geen passende functie voor u is. Als u een geschikte functie accepteert behoudt u in het algemeen de huidige arbeidsvoorwaarden. Ook al is er mogelijkheid toe, de werkgever is niet verplicht om een geschikte functie aan te bieden.
Een werkgever kan een Mobiliteitsbureau instellen om de baankans te vergroten. Het Mobiliteitsbureau richt een werkplek in waar u faciliteiten hebt om te zoeken naar vacatures. Het Mobiliteitsbureau zoekt ook binnen de organisatie naar functies waarvoor u in aanmerking komt. Wanneer nodig kan ook scholing en training aangeboden worden, georganiseerd door dit bureau.
De werkgever kan ook kiezen om een outplacement bureau voor de boventallige werknemers in te schakelen. Het outplacementbureau is een extern bureau die helpt met sollicitaties, tests afneemt om te zien welke functies passend zijn en actief zoekt naar een geschikte baan (“jobhunting”). De begeleiding duurt vaak 6 maanden. De kosten bedragen gemiddeld € 5000,- voor 6 maanden begeleiding en worden voldaan door uw werkgever.
Als een werknemer boventallig is, is er een mogelijkheid waarbij deze toch in functie kan blijven. Dit is het geval wanneer een niet-boventallige werknemer gebruik kan en wil maken van een plaatsmakersregeling. Hij of zij vindt een baan bij een andere werkgever en vertrekt vrijwillig. Een boventallige werknemer mag blijven. De vertrekkende werknemer ontvangt hiervoor vaak een financiële vergoeding (vrijwillige vertrekregeling). Welke werknemer mag blijven wordt gebaseerd op het afspiegelingsbeginsel.
Een mail aan onze arbeidsjuristen is vaak voldoende om een antwoord te krijgen op vragen die u heeft over sociaal plan of arbeidsrecht.
Klik hier en stel direct uw vraag!